Station: [17] Verbrandingsmotoren
M: Na de eeuwwisseling begon de dieselmotor aan zijn opmars. Deze motor werd aan het einde van de 19e eeuw door Rudolf Diesel ontwikkeld. Het is een verbrandingsmotor met compressieontsteking. Dit betekent dat hij zonder bougie kan worden gestart. De motor werd ingezet om elektrische energie op te wekken en werd vanaf 1923 in auto's geïnstalleerd.
V: Zoals u ziet verzamelde Eberhard Koenig dus niet alleen stoommachines, maar ook motoren, zoals deze eencilinder-benzine motor met een vermogen van 3 pk, ook wel ‘ottomotor’ genoemd. De motor dankt zijn naam aan Nicolaus August Otto, de uitvinder van de viertaktmotor. De naam “otto-motor” werd voor het eerst gebruikt in 1946, hoewel deze motoren al sinds 1877 werden gemaakt en verkocht als “Otto’s nieuwe motor”.
V: Andere motoren maken de pk-collectie compleet. De tweetaktgasmotor met generator is afkomstig uit 1904 en er is ook een viertakt-ottomotor, die gas én benzine gebruikt. Deze motor voorzag een zagerij in Remblinghausen van elektriciteit. Eberhard Koenig kocht de motor in 1956. Tot de motor naar ons museum verhuisde wekte hij elektriciteit op in het weekendhuisje van Koenig in Beisinghausen,.
M: Op naar onze locomotieven, sommige met stoom, andere met dieselmotoren. Ze behoren ook tot de collectie van Eberhard Koenig.
Fotos: © Dagmar Trüpschuch