Station: [8] Zaal 5 – Familieportretten
V:
Hier, in de voormalige eetzaal, zien we de familie Koekkoek verenigd: Linksvoor Koekkoeks moeder – een portret dat de jonge Barend Cornelis van haar maakte. De vitrine aan de lange muur rechts is gewijd aan de broers van de kunstenaar.
Links achterin zien we Jean Augustin Daiwaille, de schoonvader van Koekkoek, en diens dochter Elise Thérèse – Koekkoeks latere echtgenote. Op de twee zelfportretten zien we Daiwaille als onstuimige jongeling en als bedaarde oude man. Koekkoek had les gehad van Daiwaille en samen met hem een paar mappen met litho’s uitgegeven.
Ook Daiwailles dochter Elise Thérèse, die u hier ziet tussen de portretten van haar vader, was goed in het maken van lithografieën en publiceerde verschillende stillevens. Toch had ze als vrouw bij lange na niet de mogelijkheden die haar vader en haar latere echtgenoot hadden.
M:
Elise Thérèse, geboren in Amsterdam, trouwde in 1833 met Koekkoek. In deze zaal is ook haar naaidoos tentoongesteld. Het echtpaar Koekkoek had vijf dochters. Een ervan stierf al op jonge leeftijd. Marie Louise en Adèle, de twee jongste dochters, traden als schilder in de voetsporen van hun vader. Grootvader Daiwaille schilderde een portret van de jonge Adèle. Misschien zijn haar grote, oplettende ogen al een teken van haar latere talent?
In de houten kast met de brede lades kunt u papierknipkunst van Marie Louise bewonderen.
V:
Niemand heeft kunnen achterhalen wie de jeugdige schoonheid in zwarte jurk is. Ze is afgebeeld in strenge pose, zittend in een park. Misschien ook een familielid? Deze dame is zowel door B.C. Koekkoek als door Jean Augustin Daiwaille geportretteerd in 1846. Dit „Portret van een jonge vrouw“ is een van de lievelingsstukken van ons museum en staat ook bekend onder de naam „Mona Lisa van Kleef“.
Als u de trap naar boven oploopt, werp dan ook even een blik in de tuin. Het grote schilderij boven bij de trap is ons volgende station.